In onze school willen wij alle kinderen passend onderwijs geven. Dit doen we door voortdurend met en over het kind te spreken.
Driemaal per jaar worden alle leerlingen tijdens klasbesprekingen besproken om hun ontwikkeling in kaart te brengen. Wanneer leerlingen op een aspect (persoonsgebonden ontwikkeling, cultuurgebonden ontwikkeling) een extra duwtje in de rug nodig hebben, wordt zorg opgestart. De klasleerkracht is hierbij de spilfiguur in de zorg. Gelet op de verschillende duobanen, werkten we een organisatie uit waarbij de klasleerkrachten zelf instaan voor de zorg waardoor een groepje van leerkrachten verantwoordelijk is voor de dagelijkse klasopdracht en de klasinterne zorg (teamteaching). In het geval dat de klasleerkracht geen deeltijdse opdracht heeft, staat een co-teacher mee in voor de zorg in de klas (co-teaching). Het klasteam organiseert de zorg afgestemd op de noden van de leerlingen, evalueert en stuurt bij waar nodig.
Aan de hand van doelgerichte en transparante planning en evaluatie in het leerlingvolgsysteem werken we aan een cyclisch zorgbeleid.
Via regelmatige formele en informele overleggen worden de zorgleerlingen geëvalueerd. Hoewel we streven naar het steeds verbreden van de brede basiszorg, zal overleg met betrokken partijen (inclusief ouders) plaatsvinden wanneer een wijziging in het zorgcontinuüm zich opdringt. Een tussentijds overleg met externen (ouders, therapeuten, etc.) kan altijd worden georganiseerd wanneer dit voor een van de betrokken partijen noodzakelijk is.
Wanneer de nood zich voordoet, wordt het CLB ingeschakeld om de verdere stappen samen uit te stippelen. Dankzij een nauwe samenwerking tussen alle betrokken partijen staan we voortdurend in overleg om de vorderingen van de leerling op te volgen. Het CLB wordt betrokken als adviserende partner in fase 0 en 1. In fase 2 kadert de samenwerking binnen het uitstippelen van een traject op basis van de specifieke onderwijsbehoeften.